Zo vader, zo zoon: Eddy en Noud Ploegmakers | Van Wanrooij
Overslaan naar content

Zo vader, zo zoon: Eddy en Noud Ploegmakers

Bij hetzelfde bedrijf werken als één van je ouders; bij Van Wanrooij is dat geen uitzondering. Timmerman Eddy is na 44 jaar dienstverband met pensioen gegaan en droeg het stokje over aan zijn zoon Noud die als magazijncoördinator aan de slag ging. We ontmoeten ze op de werkplaats in Geffen.

Eddy en Noud - Van Wanrooij

Hoe zijn jullie bij Van Wanrooij terechtgekomen?

Noud: “Ik kende Van Wanrooij natuurlijk al via m’n vader. Vroeger ging ik mee naar de familiedagen of met pa naar de bouwplaats. Toen we met kerst aan het gourmetten waren, vertelde hij dat er een functie vrijkwam in het magazijn. Ik werkte op dat moment in een soortgelijke functie bij een groot cateringbedrijf. Ik had er wel oren naar, ook al had ik helemaal geen kennis van de bouwwereld. Via ons pap hoorde ik nooit een slecht woord over Van Wanrooij. Maar dat ik er zelf zou gaan werken had ik nooit gedacht. Zo snel kan het dus gaan hè, haha. Mijn collega Geert is een half jaar lang mijn leermeester. Ook hij gaat met pensioen en laat mij, met z’n 37 jaar ervaring, groeien in de functie. Dankzij hem leer ik super veel.”

Eddy: “Ik begon 44 jaar geleden bij Van Wanrooij en heb hier bijna mijn hele leven gewerkt. Het zijn altijd mooie tijden geweest. Het is een fijn familiebedrijf waar je netjes wordt behandeld en waar iedereen je kent. Je wordt hier in je waarde gelaten en dat is veel waard. Het werk heb ik altijd leuk gevonden. Als timmerman kom je op veel verschillende projecten in het land. De laatste jaren is het échte timmerwerk wel veranderd. Maar ja, zo gaat dat.”

Zien jullie elkaar wel eens op het werk?

Noud: “Soms, als ons pap wat spullen komt halen. Maar verder hebben we nauwelijks met elkaar van doen. Dat vinden we ook helemaal niet erg. Privé en werk moet je toch een beetje gescheiden houden hè!”

Eddy: “Het is wel leuk om in Geffen even samen een bak koffie te drinken. Beetje praten over hoe het gaat enzo. Dat is mooi om samen met je zoon te doen.”

Noud, wat ga je als magazijncoördinator precies doen?

“Ik moet ervoor zorgen dat de bouw de juiste materialen krijgt; van schroeven tot pur en van kit tot ankers. Dat het allemaal besteld wordt bij leveranciers, dat het hier goed wordt opgeslagen en dat we het op tijd leveren. Op de bouw wordt nog wel eens onzorgvuldig met materialen omgegaan. Dat is zonde en kostbaar. Aan mij de taak om in de juiste verhouding te bestellen, te leveren en te zorgen dat de bouw nooit stil komt te liggen. Dat betekent veel vooruitkijken en natuurlijk ook ‘spoedjes’ afhandelen. Die combinatie maakt het werk leuk. Straks moet ik zelfstandig m’n mannetje staan. Daarna ga ik kijken wat er nog te optimaliseren valt.”

En wat is de specialiteit van een magazijncoördinator?

Noud: “Kunnen schakelen. Omdat het een projectenorganisatie is, werk je met pieken en dalen. De ene dag kom je tijd tekort, de andere dag heb je de ruimte om het magazijn op orde te maken. Wat me opvalt is dat het qua projecten continu doorgaat. Het tempo ligt heel hoog. Omdat we faciliterend zijn naar de bouwplaats, moet ik zorgen dat alles goed klaarstaat. Maar soms krijg je iets ook gewoon niet geregeld. Dan denkt iedereen mee en zoeken we samen naar een werkbare oplossing. Ik wil gewoon dat het goed geregeld is. De kantjes ervan af lopen, dat heb ik vanuit huis niet meegekregen, toch pa?”

Eddy: “Zo is het maar net.”

Wat willen jullie nog aan elkaar meegeven?

Noud: “Ik heb superveel bewondering voor ons pap. Hij is een keiharde werker en dat vond ik altijd mooi om te zien. Hij stuurt daar effe die hele ploeg aan. Hard werken is tegenwoordig niet meer zo normaal. En 44 jaar voor dezelfde baas al helemaal niet. Petje af.”

Eddy: “Nou, die steek ik maar in de zak hè?! Ik hoop dat Noud de komende jaren goed z’n best doet. Dan word je hier gewaardeerd. Zo werkt dat gewoon. En als we straks een pilsje pakken, dan hebben we het nog ‘s over Van Wanrooij. Ik vind het leuk dat ik via hem ­­­op de hoogte kan blijven. Dan blijf je toch die binding houden.”